Jordi

Mast

‘’Enige tijd geleden heb ik tijdens de sollicitatie voor een stageplek bij Trubendorffer al eens mogen presenteren hoe ik op dat moment tegen de visie van Trubendorffer aankeek. Ik had toen geen enkele behandelervaring en kon dus slechts putten uit mijn ervaringen in het dagelijks leven. Nu bijna 3 jaar verder zet ik graag nogmaals uiteen hoe ik tegen de behandeldoelstellingen en de visie van Trubendorffer aankijk. Ditmaal vanuit mijn eigen ervaring en vanuit de behandelingen die ik de afgelopen jaren heb mogen uitvoeren.

De kernwaarden van Trubendorffer, persoonlijk, doelgericht en toegewijd kan ik persoonlijk niet los zien van de visie en behandeldoelstellingen van Trubendorffer. Ik tracht per cliënt de behandeling te personaliseren, deze zo doelgericht mogelijk te maken en ik vraag van de cliënt een vergelijkbare toewijding als de toewijding die ik dagelijks presenteer. Dit binnen de kaders van de behandeldoelstellingen, de volledige abstinentie, het toeleiden naar de groepen, en het exploreren van de onderliggende mechanismen. Ik zie deze 3 doelstellingen als een drie-eenheid waarbij de doelstellingen afzonderlijk belangrijk zijn, maar de combinatie van de drie essentieel is om een behandeling tot een succes te maken.

Mijn ervaring is dat een beetje abstinent willen worden, af en toe willen gebruiken, of andere middelen blijven gebruiken die ‘niet problematisch zijn’ volstrekt onvoldoende is om daadwerkelijk om te leren gaan met het verslavingsprobleem. Het risico op verschuiving en de constante verdoving maken het daarbij moeilijk of zelfs onmogelijk om de andere behandeldoelstellingen te halen. In het eerste gesprek van ieder traject bespreek ik de visie op volledige abstinentie met cliënt en staan we uitgebreid stil bij eventuele bezwaren omtrent dit onderwerp. Mijn ervaring is dat na deze uitleg en het bespreekbaar maken van dit onderwerp en de bezwaren daarbij, het overgrote deel van de weerstand verdwijnt en cliënten over het algemeen bewust en gemotiveerd voor volledige abstinentie gaan en dit blijven nastreven.

De toeleiding naar groepen en zelfhulpgroepen, de tweede doelstelling binnen onze behandeltrajecten, zie ik tevens als een essentieel onderdeel. Waar verslaving bestaat uit alles alleen op willen lossen en afsluiting en afzondering van de sociale omgeving de regel is, is het bezoeken van groepen en meetings naar mijn idee de manier om de problematiek te delen, de verbinding met lotgenoten aan te gaan en om het niet meer allemaal alleen te doen. Net als bij de eerste behandeldoelstelling maak ik het bezoeken van groepen en meetings in het eerste gesprek van een traject uitgebreid bespreekbaar. Vaak bestaat dit eerste gesprek uit het bespreken van de abstinentie en uit het bespreken van groeps- en meetingbezoek. Daarin leg ik uit wat het doel achter het bezoek is en bespreken we eventuele weerstand tegen deze bijeenkomsten. Mijn ervaring is dat openheid wat betreft dit onderwerp een groot gedeelte van de weerstand weg kan nemen. Door wekelijks terug te komen op de ervaringen wat betreft groepsbezoek gaan cliënten meer bewust om met de voordelen van deze bijeenkomsten en zijn ze meer gemotiveerd om deze structureel te bezoeken. Er zijn ook cliënten die desondanks, overwegend vanuit angst of een gebrek aan motivatie, toch weerstand blijven ervaren tegen deze groepsbezoeken. Ook bij deze cliënten blijf ik de voordelen en het belang van deze bezoeken bespreken. Ook in de gesprekken met regiebehandelaren vraag ik hen om dit onderwerp te benoemen. Tenslotte benoem ik zelf dat groepsbezoek een belangrijk onderdeel van de behandeling is en ook een belangrijke voorwaarde voor voortzetting. Ik kies er echter voor om eerst dieper in te gaan om de motivatie en eventuele angst van cliënt voordat ik overga tot het benoemen van de consequenties. Door de (intrinsieke) motivatie te versterken en de angsten omtrent deze bezoeken weg te nemen worden naar mijn idee vrijwel alle drempels voor het bezoeken van deze bijeenkomsten weggenomen.

Tenslotte het exploreren van de onderliggende mechanismen van de verslaving. Zoals eerder aangegeven is ook deze doelstelling naar mijn idee essentieel om een succesvolle behandeling toe te passen. Ik leg het naar mijn cliënten altijd uit aan de hand van een metafoor. Je kunt onkruid wel telkens lostrekken, maar zolang je niet daadwerkelijk iets met de wortel doet komt het net zo hard weer terug. Mijn ervaring is dat dit tot de verbeelding spreekt van cliënten en dat dit de motivatie om de confrontatie met zichzelf aan te gaan versterkt. Waar een behandeling in eerste instantie draait om het bereiken van abstinentie en het opstarten van het groepsbezoek, komt er vervolgens in mijn behandeling altijd voldoende ruimte voor het exploreren van de achterliggende oorzaken. Door cliënten voortdurend uit te leggen waarom dit gebeurt en wat het doel is, probeer ik ze mee te nemen in het proces en ze echt daadwerkelijk deelgenoot te maken van de behandeling in plaats van dat ze slechts een toeschouwer zijn. Hier komen de kernwaarden persoonlijk en doelgericht duidelijk naar voren en op deze wijze integreer ik ze in mijn behandeling.

In bovenstaande uiteenzetting heb ik getracht een beeld te geven van hoe ik aankijk tegen de kernwaarden en de behandeldoelstellingen van Trubendorffer. ‘’